Soest in de oorlogstijd

Gaarne willen wij stilstaan bij de 5 oorlogsjaren, die ook in de gemeente Soest hun sporen hebben achtergelaten. Velen hebben hun leven verloren. Reeds spoedig na het begin van de oorlog begon in Soest het verzet. In grote lijnen kon men het verzet in Soest samenstellen in de Ondergrondse Dienst (O.D.) en in de Raad van Verzet (R.V.V.) Daarnaast waren er nog verschillende kleine groepjes die individueel verzet pleegden. Allen hadden hetzelfde doel: afbreuk doen een de Nationaal Socialistische overheersing.

Op 1 juni 1940 vond in de Torenstraat de eerste botsing plaats tussen colporterende N.S.B.-ers met "Volk en Vaderland". Deze botsingen zouden zich in de toekomst vele malen herhalen.

Het eerste bombardement in de gemeente Soest , na de capitulatie van het Nederlandse leger, gebeurde in de nacht van 10 op 11 juni 1940 in het Soesterveen. Daar werden op een weiland op het Oude Grachtje elf bommen geworpen.

De verjaardag van Koningin Wilhelmina werd in Soest op verschillende manieren gevierd. Zo werd een fotokast in de tuin van een aan de Steenhoffstraat wonenden N.S.B.-er geheel versierd met oranje, rood, wit en blauw. Daaronder had men geschreven: Leve Koningin Wilhelmina.

In cafe"s kwam het meerdere malen tot botsingen tussen Duitse militairen en Soesters. De wintermaanden 1940/1941 stonden in 't teken van het ingooien van vele ruiten van N.S.B.-ers. Dit nam zulke grote vormen aan, dat de Duitse instanties de gemeente gelastte de ingeworpen ruiten te vergoeden. Toen in juni 1941 ook in Soest de eerste invalswegen borden werden geplaatst met het opschrift "Joden niet gewenst", werden spoedig het woord "niet " doorgehaald. Terwijl het ook voor kwam dat het woord.

Het eerste slachtoffer van de Duitse terreur in de gemeente Soest viel op 25 juli 1941. Toen op het Nieuwerhoekplein bij een N.S.B.-er een ruit werd ingegooid, werd ingegrepen door een Duitse patrouille. Een jongen die zich in de buurt bevond, werd meteen neergeschoten.

In de nacht van 27 op 28 juli 1941 werd in de gemeente de zogenaamde V-actie gevoerd. Op de trottoirs en de straten werd een V-teken geschilderd. De N.S.B-ers begonnen een tegenactie waarbij zij zeiden, dat de V voor Victorie voor de Duitse legers stond. Op 20 oktober 1941 wordt de korpschef van de gemeentepolitie, A.F. Schreuder, door de Sicherheitspolizei gearresteerd en naar Den Haag overgebracht. Op 2 mei 1942 overleed hij in het concentratiekamp Neuengamme in Duitsland. In augustus 1942 werden door de Sicherheitspolizei verschillende Joodse onderduikers in Soest gearresteerd.

De datum 19 november 1942 zal altijd in de herinnering blijven als de dag toen op de vliegbasis Soesterberg, achter de schietbaan, 33 Nederlanders gefusilleerd werden en ter plekke in een massagraf begraven werden. Hoewel dit op zeer geheimzinnige wijze geschied was, kwam men er toch achter. Alle slachtoffers konden na de oorlog geïdentificeerd worden. In 1974 is onder de titel "de 33 van Soesterberg" een boekje samengesteld.

De illegaliteit begon in Soest hoe langer hoe meer te roeren. Zo vonden in 1943 verschillende gewapende overvallen plaats bij mensen, die verdacht werden met de Duitse Sicherheitspolizei samen te werken. Van de illegale werkers, die aan de overvallen hadden deelgenomen, werden er later twee door de Duitsers gearresteerd en gefusilleerd.

Op 22 mei 1943 werd in de nachtelijke uren een overval op het Soester gemeentehuis gepleegd. Het gehele bevolkingsregister werd door de illegaliteit uit het raadhuis weggehaald. De daders zijn nimmer gevonden.

Een aantal maanden later, in november werd het politiebureau door de illegaliteit overvallen. De buit bestond uit wapens.

Als represaillemaatregel tegen de aanslag op SS-ers door de illegaliteit, werd op 13 januari 1944 in Soest een zogenoemde Sibertanneactie gehouden. 23 inwoners werden door de bezetters als gijzelaar naar het concentratiekamp Amersfoort gebracht. Later werden hiervan 22 personen doorgevoerd naar het concentratiekamp Vught.

Soest in oorlogVerder werden 's avonds zonder vorm van proces twee inwoners op willekeurige plaatsen in de gemeente doodgeschoten. "Silbertanne" was de codenaam voor geheime repressailles, die na aanslagen op Duitsers en N.S.B-ers werden uitgevoerd. Zo vond op 15 januari 1944 wederom een Sibertanne-actie plaats. Een persoon werd doodgeschoten. Het voornemen bestond kennelijk om drie personen neer te schieten, doch twee bleken slechts ernstig gewond en konden na vertrek van de Sicherheitspolizei, in het ziekenhuis na een snelle operatie gered worden.

Begin februari postten twee leden van de Sicherheitsdienst in een woning aan de van Lenneplaan, teneinde de mensen, die zich daar zouden melden te arresteren. Een lid van de Soester illegaliteit vervoegde zich bij de woning en raakte in een vuurgevecht met beide SD-ers. Hij doodde een man onmiddellijk en verwondde de andere zodanig dat hij na enkele weken stierf.

Toen in de gemeente bekend werd dat deze actie had plaatsgevonden, vond een algemene uittocht van mannen plaats, wederom een Silbertanne-actie werd gevreesd. Op 14 en 15 februari was Soest dan ook een plaats waar praktisch geen mannen meer aanwezig waren.

Op 25 maart 1944 werd door de illegaliteit sabotage gepleegd ten kostte van de Duitse Wehrmacht.

De Dolle Dinsdag, 5 september 1944, stond ook in Soest in het teken van de doortocht van Duitse troepen, zij roofden en plunderden. Vooral fietsen, kinderwagens, autopeds en handkarren waren in trek. Door de illegaliteit werd een grote actie gevormd om zoveel mogelijk banden te vernietigen van voertuigen. Dit had een groot succes. Overal kon men groepjes Duitsers aantreffen bij totaal vernielde banden.

Burgemeester des Tombes dook op 15 oktober 1944 onder, omdat hij weigerde voor de Duitse bezetters werkkrachten te vorderen. Vier dagen later kwam de "nieuwe" burgemeester" de NSB-er van Goor den Oosterlingh in functie. Bij zijn kennismaking met de plaatselijke politie deelde een der aanwezige korpsleden mede, dat hij zich gaarne wilde verwijderen, aangezien hij zo "misselijk " werd.

Naar aanleiding van een mededeling van de plaatselijke Ortcommandant dat er in de gemeente sabotage was gepleegd werd op 24 oktober een boerderij opgeblazen, nadat deze geheel was leeggeplunderd door de bezetters. De volgende dag werd om precies dezelfde reden het indertijd bekende hotel "de Viersprong" op Nieuwerhoekplein opgeblazen.

Op 7 november sprong een lid van de bemanning van een geallieerd vliegtuig, dat door luchtdoelgeschut te Amersfoort werd getroffen. Hij kwam ter hoogte van de Hooiweg neer en werd daar door de illegaliteit weggehaald en ergens in de gemeente ondergebracht.

In maart 1945 was er een grote razzia onder de illegaliteit in Soesterberg. Bram van Angeren werd gevangen genomen en op 20 maart in Loosdrecht gefusilleerd.

Op 6 mei 1945, om 12.10 uur werd aan het raadhuis de Nederlandse vlag uitgestoken, ten teken dat de bevrijding daar was. Onder geweldig enthousiasme keerde 's middags burgemeester des Tombes op het raadhuis terug. De feestvreugde kende geen grenzen. Overal hossende mensen.

Het feest van de bevrijding werd in Soesterberg een paar dagen later gevierd. Dit kwam door de aanwezigheid van de Grüne Polizei en de SS - troepen.

De bij dit artikel geplaatste foto's geven een indruk van de bevrijdingsfeesten in de eerstvolgende maanden na de bevrijding.

Sponsoren